De week voor Pasen heet de Goede Week. De donderdag in de Goede Week wordt Witte Donderdag genoemd.
Op Aswoensdag waren de openbare zondaars met as bestrooid en de kerk uit gezet. Nu keren zij terug in witte kleren. Vandaar de naam
"Witte" Donderdag.
De liturgische kleur van deze dag is natuurlijk ook wit.
Op Witte Donderdag wordt het Laatste Avondmaal, de laatste maaltijd van Jezus met zijn volgelingen herdacht, voordat Hij wordt gekruisigd.
Tijdens de maaltijd brak Jezus het brood en gaf het aan zijn leerlingen met de woorden:
‘Neemt en eet, dit is mijn Lichaam’.
Daarna nam Hij ook de beker en gaf die aan zijn leerlingen met de woorden:
‘Drinkt hier allen uit, want dit is mijn Bloed, dat voor velen wordt vergoten tot vergeving van zonden.’
Op deze manier wordt de instelling van de H. Eucharistie en het priesterschap herdacht.
Na de maaltijd gingen Jezus en zijn leerlingen naar de hof van Gethsemane en daar werd Jezus door Judas verraden en gevangen
genomen door een met zwaarden en knuppels bewapende bende, die door de hogepriesters en de oudsten van het volk was gestuurd.
In de liturgie van Witte Donderdag wordt ruimte gemaakt voor de symbolische voetwassing door de priester.
Na afloop van de viering wordt het tabernakel leeggemaakt en de godslamp gedoofd. Het altaar wordt volledig leeg achter gelaten.
De Hosties worden na uitreiking van de Communie naar een zijaltaar of de sacristie gebracht.