In 998 liet de abt van de abdij van Cluny na afloop van de vespers van Allerheiligen de klok luiden en de
getijden van de doden bidden. Ook moesten alle priestermonniken van het klooster daags erna een heilige mis
voor de overledenen opdragen. Dat was het begin van de jaarlijkse herdenking van de gestorvenen.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog gaf Paus Benedictus XV aan priesters verlof om op Allerzielen drie heilige
missen te lezen. Die gewoonte is gebleven tot na het Tweede Vaticaans Concilie.
Tijdens het Concilie van Trente (1545-1563) werd de geloofsleer vastgelegd dat er een vagevuur is en dat de overleden gelovigen daar door de gelovigen op aarde kunnen worden geholpen. Tegenwoordig wordt op Allerzielen een speciale viering gehouden voor de overleden parochianen van het laatste jaar.